Slechts kwart Oekraïense vluchtelingen deed werkervaring op: “Ik wil weer lesgeven, maar moet eerst vlot Nederlands spreken”

Slechts 23 procent van de 17.000 Oekraïners tussen de 15 en 64 jaar in Vlaanderen deed tot eind september vorig jaar al werkervaring op. Dat blijkt uit cijfers van Statbel. Volgens de VDAB zijn taalvereisten de grootste drempel voor Oekraïense vluchtelingen om werk te vinden. Toch doet Nederland het beter, daar heeft al 70 tot 80 procent van de Oekraïners gewerkt. 

Voor veel Oekraïense vluchtelingen blijkt het niet evident om een job te vinden. In Vlaanderen waren er eind september 17.400 Oekraïners op beroepsactieve leeftijd (15-64 jaar). Slechts 23 procent van hen had  al werkervaring opgedaan in ons land, zo blijkt uit cijfers van het Belgische Statistiekbureau, Statbel.

Daarnaast zijn er bij de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB) sinds het begin van de oorlog 7.500 Oekraïners ingeschreven, waarvan 37 procent heeft gewerkt. “Maar dat aantal neemt stelselmatig toe. In juni ging het nog om 23 procent”, laat de VDAB weten in hun persbericht. 

“We vragen aan de lokale besturen om er bij Oekraïners op aan te dringen om zich in te schrijven bij VDAB, want de cijfers tonen aan dat we wel degelijk een verschil maken”, zegt CEO Wim Adriaens. 

Taalvereisten grootste drempel

Dat zo weinig Oekraïners de weg naar de arbeidsmarkt vinden, heeft vooral te maken met taal. 97 procent van de Oekraïners die zijn ingeschreven bij de VDAB heeft geen of een beperkte kennis van het Nederlands, bij 70 procent geldt dat ook voor Engels. De VDAB zet daarom onder meer job- en taalcoaches in op de werkvloer. 

Ook Olha Fozekosh (34) moet eerst Nederlands leren voor ze aan de slag mag gaan. Ze kwam in september toe in ons land en werkte in Oekraïne al 13 jaar als leerkracht Engels: “Ik wil dolgraag terug lesgeven, maar van de VDAB moet ik eerst vlot Nederlands kunnen spreken. Ook al ben ik leerkracht Engels. Daarom volg ik drie keer per week Nederlandse les”, vertelt Olha. 

Olha’s man zit in dezelfde situatie en moet eerst een taal- of technische cursus volgen voor hij kan werken. “Daardoor moeten we nu, voor ons gezin met drie kinderen, rondkomen met 1.600 euro steun van het OCMW”, aldus Olha. “Maar we klagen niet want we zijn heel erg dankbaar voor alle solidariteit hier in België.”

Werken onder opleidingsniveau

Hoewel de helft van de ingeschreven Oekraïners bij de VDAB hooggeschoold is, zijn vooral beroepen als schoonmaker, productie- of winkelmedewerker en jobs in de bouw populair.

“Dat heeft vermoedelijk opnieuw te maken met de taaldrempel en het feit dat Oekraïners snel een job willen vinden”, klinkt het bij de VDAB. “Het laten erkennen van een buitenlands diploma vraagt bovendien tijd. Dat terwijl het voor Oekraïners heel onzeker is hoe lang ze hier blijven. Dat is dan ook een reden waarom ze vaak kiezen voor een tijdelijke job.” 

Sasha Voieikova (23) behaalde in Oekraïne een bachelor in toerisme, maar vond na aankomst in België vrijwel meteen een job als administratief bediende bij Katoen Natie. “Ik had nog nooit in de logistieke sector gewerkt, maar mijn job is de perfect mix. Ik werk de helft van de tijd aan de receptie, waar ik de chauffeurs help om hun lading te lossen. Tijdens mijn andere shifts doe ik papierwerk”, vertelt Sasha. “Ik heb echt het beste team ooit. We zijn met vijf en staan altijd voor elkaar klaar. We spreken onderling trouwens allemaal Engels.”

Sasha is erg dankbaar voor de kans die ze krijgt: “Mijn familie is in Oekraïne gebleven. Ze zijn sinds het begin van de oorlog allemaal werkloos”, aldus Sasha. “Doordat ik hier in België werk heb gevonden, kan ik hen financieel ondersteunen. Ik moet ook nog huur betalen voor mijn eigen appartement in Oekraïne en doe soms giften aan het Oekraïense leger.” 

Nederland doet beter

De lage tewerkstellingscijfers staan in groot contrast met Nederland. Begin november werkte daar al 70 tot 80 procent van de Oekraïense vluchtelingen, zo blijkt uit cijfers van het Nederlandse Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV). 

Maar volgens Vlaams minister van Werk, Jo Brouns (CD&V), gaat het in Nederland vaak om erg korte contracten van 10 of 12 uur en ligt het aantal Oekraïners die er voltijds werken lager. “Bovendien tonen de Oekraïense vluchtelingen wel veel arbeidsbereidheid. Ze willen werken om iets terug te kunnen doen voor de solidariteit die ze hier ervaren. Ik ben positief gestemd dat de cijfers in Vlaanderen de komende maanden alleen maar gaan stijgen.” 

Om het aantal werkende Oekraïners te doen toenemen, wil Brouns de vluchtelingen, en breder ook iedereen in Vlaanderen die een leefloon ontvangt, verplichten om zich in te schrijven bij VDAB. Zo kunnen ze beter begeleid worden. 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *